Dag 3c - 27 mei
Als je van Ieper naar de Franse grens fietst, wordt het steeds heuvelachtiger. Na de Tweede Slag om Ieper waren de Enfelsen in een halve cirkel ('Salient') om de stad bljjven steken. De Duitsers hadden, onder leiding van o.a. de Beierse prins Rupprecht de zuidelijke heuvels in bezit en dat was strategisch een dubbel voordeel.
Ten eerste natuurlijk omdat je vanaf de heuvels een prachtig uitzicht hebt op de dalen waardoor je met een relatief klein aantal mannen overwicht kunt houden. Een ander, minstens zo groot voordeel was dat het hoger op de heuvels droog was, waar de Britse loopgraven in de lagere gedeelten om de haverklap volliepen omdat de sluizen bij Nieuwpoort immers nog open stonden.
Na de Tweede Slag om Ieper was het de geallieerden zonneklaar dat er wat diende te gebeuren. Besloten werd de Duitse stellingen te ondertunnelen en in die tunnels zoveel mijnen aan te brengen dat de Duitse stellingen voorgoed vernietigd werden.
Vanaf 1916 werden er in het diepste geheim tunnels aangelegd. Dit gebeurde door Noord-Engelse mijnwerkers en de arbeiders die de Londense ondergrondse hadden aangelegd. Deze laatsten beheersten de kunst van het zgn. 'clay-kicking' waarbij ze op een plank op hun rug lagen met een soort van messen aan hun voeten. Dit was veel effectiever in de stugge blauwe klei dan te werken met boren die steeds vastliepen.
De Duitsers waren natuurlijk ook niet van gisteren en hadden algauw in de gaten wat gebeurde. Ook zij groeven tunnels die soms uitkwamen in een geallieerde tunnel. Dan ontspon zich een man-tot-man gevecht in de donkere, nauwe tunnelgangen. Een nachtmerrie voor iedere soldaat die aan de tunnels werkte.
Op 7 juni 1917, om tien over drie 's ochtends, lieten de geallieerden 19 mijnen tegelijk exploderen onder de Duitse stellingen. De explosie was zó heftig dat ver weg, op het Londense bureau van de Engelse premier Lloyd George, die tot diep in de nacht aan het werk was, de glazen inktpotjes stonden te rinkelen.
Veel Duitse soldaten werden bij deze aanval letterlijk in stukken gereten of levend begraven. De overlevenden gaven zich in drommen over. Het was het eerste - en tijdelijke - succes van de Engelsen in de Salient. Overal in het landschap zijn nu nog steeds de verminkingen van die aanslsg zichtbaar in de vorm van bomkraters. De grootste krater is bovenop de hoogste heuvel die een prachtig uitzicht biedt op Mesen en de dorpjes daaromheen. Deze krater is nu een meertje dat bekend staat als 'the pool of peace'.
Vele jaren later, in de zomer van 1955, viel het laatste slachtoffer van deze slag. Niet alle mijnen waren in 1917 tot ontploffing gebracht en in de chaos van de strijd waren die onontplofte mijnen diep in de grond bljjven zitten. Tot die zomerdag in 1955 de bliksem insloeg in de elektriciteitskabel bij Gheer, vlakbij Mesen. Deze inslag bracht de diep onder het weiland gelegen mijn tot ontploffing waarbij Bella 3 het leven liet. Haar overige koeien-zusters kwamen met de schrik vrij maar melk geven was er die dag niet meer bij.
Klinkt als een jongensboek, maar helaas...
BeantwoordenVerwijderen